Een huisgenoot erbij

De afgelopen tijd was het Tonnie en Marie al wel opgevallen dat er iets veranderd was in huis. Het baasje was wat dikker geworden, er waren allemaal spullen verschoven in huis en er was met veel lawaai een nieuw muurtje neergezet waardoor er een extra kamertje was bijgekomen. Maar het baasje was ook veel meer thuis geweest dan normaal, dus het was al met al toch best gezellig geweest. Niets in ieder geval om je echt zorgen over te maken. Maar nu was het toch anders. De baasjes waren een hele dag weggeweest, ze hadden geen eten gekregen en toen de baasjes terugkwamen, hadden ze iets vreemds meegenomen. Het had een geur die ze niet kenden en het maakte bewegingen die ze nog nooit eerder hadden gezien. Ze konden het niet goed zien, want het bleef de hele tijd bij het baasje in de buurt.

‘Wat zou het zijn?’ fluisterde Tonnie tegen Marie. ‘Ik weet het niet’, zei Marie, ‘durf jij te kijken?’ Ze aarzelden, ze vertrouwden het niet helemaal.

Uiteindelijk sprong Tonnie als eerste op bed. Marie sprong haar achterna, zij wilde het toch ook wel heel graag zien. Maar toen ze vlakbij waren, gebeurde er iets vreselijks: het vreemde wezen begon opeens heel veel geluid te maken. ‘Weeeeeeeeeeee’. Tonnie schrok zo, haar haren schoten van schrik overeind. Marie rende zo hard als ze maar kon op haar korte poten naar de andere kant van de kamer.

Dat was de eerste keer geweest, het was nu wel minder schrikken, maar dit rare wezen bleef de hele tijd dat vervelende geluid maken. ‘Weeeeeeeeeeee’. En het duurde soms best lang voordat het geluid weer gestopt was.

‘Wat is dit voor iets vervelends?’ Tonnie en Marie keken elkaar aan. Marie schudde haar kop, ze wist het niet en haalde haar schouders op. ‘Ik ga wel aan de andere kant van het huis liggen’, zei ze, en ze liep naar de badkamer waar ze op een stapel schone handdoeken ging liggen. Maar lang rust had ze hier ook niet, er was met dit schreeuwende wezen ook een strenge vrouw in huis gekomen die de boel de hele tijd controleerde en schoonmaakte. Zij vond katten op handdoeken maar vies. ‘Ga weg jij daar’, siste ze, en ze trok de handdoeken onder Marie vandaan. Marie zuchtte en ging op een rieten mand liggen. ‘Wat een drukte hier in huis.’

Maar Tonnie kon er niet tegen, ze werd er gestrest van, ze wilde weten wat hier aan de hand was. ‘Wat is dit voor een wezen dat zulk verschrikkelijk geluid kan maken?’ Elke keer als ze het hoorde rende ze weg, maar ze kon het niet uit haar hoofd zetten. ‘Weeeeeeeeeeeeeee.’ Daar was het geluid weer. Het ging dwars door alles heen. Ze sprong op de kast, maar ook daar hoorde ze het. ‘Weeeeeeeee’. Ze kroop achter de wasmachine, maar ook dat maakte niet uit. Daar was het weer: ‘Weeeeeeeeeee.’

‘Het is een baby’, legde het baasje aan Tonnie uit, en ze blijft hier wonen. ‘Kijk maar dit is ze’. Maar Tonnie rende gelijk weg. Straks begon het geluid weer. Ze wist niet wat ze moest doen. ‘Waar kon ze schuilen hier in huis?’ Toen het ’s nachts ook weer begon, ‘Weeeeee’, kon ze er niet meer tegen en ze rende vanuit haar schuilplaats naar het bed toe waar dat vreemde wezen lag te schreeuwen en ze zette met volle kracht haar nagels in de grote poster die daar aan de muur hing. ‘Néé’, riep het baasje nog, ‘dat is mijn lievelingsposter!’ Maar het was al te laat. ‘Ratsj ‘, het ding was doormidden gescheurd. Tonnie keek treurig naar het baasje. Nu was zij ook nog boos. Ze rende weg, nu was het nog minder leuk hier in huis. ‘Stomme baby!’ Riep Tonnie en ze kroop dicht tegen Marie aan en legde haar poten over haar oren. Het beloofde een zware zomer te worden voor Tonnie en Marie. Daar begon het alweer: ‘Weeeeeeeeeee.’

 

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Verplichte velden zijn gemarkeerd met *